Verder naar inhoud
Terug naar overzicht

Akkerbouwer heeft na NAM nu ook de TCMG op bezoek

272.jpg

Akkerbouwer Piet Roodzant (71) uit Zijldijk maken ze ‘de kop niet gek’. Vijftig jaar noeste arbeid in de Groningse klei. Aardappels telen, Belgische trekpaarden fokken en graan verbouwen. “Maar als het stormt, ga ik die schuur niet meer in! Helemaal scheef na de laatste aardbevingen.” Vandaag kreeg hij bezoek van een deskundige voor zijn schademelding bij de TCMG.

 

Zaakbegeleider Wim Jaap Hoeksema van de TCMG bespreekt op deze zonnige zomermiddag met Roodzant de schade-opname na. Ze delen hun ervaringen met de akkerbouw. Hoeksema zit met zijn vader in de maatschap van een boerderij even verderop. Hij is een van de zaakbegeleiders die specifiek wordt ingezet voor schademeldingen bij agrarische bedrijven.

Snelle schade-opname

De hectares, bieten, wintertarwe en tonnen vliegen al snel over tafel. “Ik zit zelf nog op de combine”, vertelt Roodzant niet zonder trots. “Een deel van mijn grond verhuur ik nu. Op de rest verbouw ik graan. Dat sla ik dan hier in de schuur op tot het wordt opgehaald voor transport naar Delfzijl. Met de voorlader laad ik die 20 ton tarwe in drie kwartier in een container.”

Anderhalf jaar geleden, vlak na de beving van Zeerijp, diende hij een schademelding in. Met de schade-opname vandaag werd pas de eerste stap gezet. “Ik heb ook een pandje in de stad Groningen. Daar heb ik recent ook schade voor gemeld. Ik kreeg een brief dat het anderhalf jaar kon duren. Maar voordat ik die brief uit had, werd ik al gebeld voor een schade-opname. Dat ging wel heel snel.”

Specialisatie

Hoeksema legt uit dat de TCMG voor bepaalde schademeldingen, zoals bij monumenten, bedrijven en agrariërs veel tijd nodig had. Vooral het vinden van gespecialiseerde deskundigen was geen sinecure. Roodzant bevestigt het belang ervan. “De man die vandaag is geweest, vertelde dat hij niets anders doet dan schades op agrarische bedrijven beoordelen. Hij deed het prima.”

De agrariër kent inmiddels zijn pappenheimers: “Ik heb jaren geleden al schade gemeld. De NAM stuurde de ene na de andere deskundige. Eentje kwam uit Delft en stond hier heel geleerd te beweren dat de schuur erop was gebouwd om wel zo’n stuk heen en weer te kunnen gaan”, waarbij Roodzant een afstand van 10 tot 20 centimeter schetst met zijn handen. “Dat vond ik bijzonder knap. De schuur was namelijk tot de nok met aardappelen gevuld. Uiteindelijk stuurden ze er eentje die het wel snapte. De NAM heeft dat daarna keurig afgehandeld.”

Authentiek

De 150 jaar oude boerderij bestaat uit een woonhuis met authentieke elementen, zoals bewerkte plafonds en glas-in-loodramen. Daar aan vast zit een klassieke Groningse boerenschuur met een houtskelet en rieten isolatie. Ernaast staat een haast identiek exemplaar. Roodzant heeft zorgen over de schuur die aan het huis zit.

“Ik heb ook een melding van een acuut onveilige situatie gedaan. Ze kwamen heel snel. Volgens de inspecteur was het niet direct onveilig. Maar als het hier stormt, ga ík die schuur niet meer in. Het zakt steeds verder scheef. Als daar eenmaal beweging in komt. En die beweging komt daar na 150 jaar niet zomaar in.” Roodzant hoopt op een oplossing via de schadeafhandeling. “Die schuur is niet meer te repareren”, zegt hij, wijzend op alle scheve houten palen die van de vloer tot de nok voeren.

Terwijl hij met Hoeksema vervolgens een rondje over het erf maakt, wijst hij op zijn prijswinnende Belgische trekpaarden. “Naast dat veulen staat een merrie van 1.200 kilo. Ik heb een paar jaar terug nog vier trekpaarden aan Palm verkocht. Ze gebruiken die voor shows, om de bierwagen mee te trekken.” Het zijn niet de enige dieren op de boerderij. Even verderop ligt een poes in de zon met haar kittens. “Acht maar liefst. En groot ook. Dat heb ik nog nooit meegemaakt.”

Spannend

Maar hoe idyllisch het tafereel ook, de reden van het bezoek is dat allerminst. Naast de schade van de scheve schuur, zijn er nog tientallen scheuren genoteerd en vastgelegd. Zaakbegeleider Hoeksema legt uit hoe de procedure verloopt. “De deskundige adviseert ons nu over de vraag of de schade door de gaswinning kan zijn veroorzaakt of verergerd. Ik kan het u niet zeggen. Het adviesrapport krijgt u ook en daar kunt u op reageren. Als u wilt kan ik u daar dan meer over uitleggen.”

Roodzant knikt begrijpend. “We gaan het afwachten. Ik vind het wél spannend. Maar nog even iets anders. Hoeveel kittens neem je mee?”